top of page

Blijf-in-je-kot

19

Coronablog 2020 n°

6 april 2020 - Karel Jonckheere en 'den Bonten Os'

Dat Karel Jonckheere in Rijmenam gewoond heeft, wist je natuurlijk al. Maar dat hij ook “den Bonten Os” frequenteerde, is wellicht nieuws.

6 april 2020 - Karel Jonckheere en 'den Bonten Os'
6 april 2020 - Karel Jonckheere en 'den Bonten Os'

Dat Karel Jonckheere in Rijmenam gewoond heeft, wist je natuurlijk al. Maar dat hij ook “den Bonten Os” frequenteerde, is wellicht nieuws.


Toevallig vond ik in het online Mechels Filmarchief een documentaire uitgezonden op Radio Hilversum begin jaren 50. Uitgezonden op de middengolf, je hoort nog de fading en de naburige zenders op de achtergrond. In de documentaire wordt de stad Mechelen gepromoot als een stad van cultuur en als de voormalige hoofdstad van de beide Nederlanden. Karel Jonckheere is de gids van dienst.

Dit is radio van toen alles nog trager ging. De reportage duurt 30 minuten, maar beluister in ieder geval de eerste 3 minuten.  Na de begingeneriek met het Wilhelminus hoor je Karel Jonckheere die zijn gedicht 'maneblussers' voordraagt. Hier de transcriptie.


Als in den BONTEN OS te Rijmenam gezeten
ik vlammen in de schouw zie dansen naar omhoog,
dan denk ik aan het vuur dat niemand kan vergeten
en dat de Mechelaars zo schandelijk beloog.

Hoe laaiden in die nacht de vlammen rond de toren
hoe stond Sint-Rombouts daar in rosse helleschijn.
Maar schijn bedriegt en Mechelen moest horen
dat al haar mensen maneblussers zijn.

Als
in den Bonten Os de glazen leeggedronken
en daarna ritueel weer volgeschonken zijn,
dan denk ik aan de wijn waarmee er werd geklonken,
die nacht ter Grote Markt op leutig samenzijn.

Hoe laaide in elk hart de vlammen van de vreugde
en ook Sint-Rombouts stond daar plots in heldere schijn.
Toen is gebeurd wat Mechelen eeuwen heugde
en waarom nu haar mensen maneblussers zijn.

Brengt water, riep men bang, de toren staat te branden!
Alarm. Men snelde toe uit elke straat en steeg
en gaf de emmers door met vlugge moedige handen.
Men schepte put en gracht en zelfs de Dijle leeg.

Hoe stond Sint-Rombouts daar te druipen in een vijver,
maar ‘t vuur bleef dapper laaien met een valse schijn
tot als een zwarte wolk voorbij de maan kwam drijven
en iemand zei: Ik denk …  dat we maneblussers zijn.

6 april 2020 - Karel Jonckheere en 'den Bonten Os'
bottom of page